Tags

, , , , , , , ,

knoop

Deze blogpost verscheen eerder al op de website van Gent M.

De felste kritiek op het medium krant komt niet van mensen die kranten haten. Integendeel: in het fameuze manifest van Ernst-Jan Pfauth, de uitgever van De Correspondent, lees ik ook veel liefde voor dit medium. Maar ook: bezorgdheid – véél bezorgdheid – om het voortbestaan ervan. Het moet anders, zoveel is duidelijk. Om in de toekomst nog een rol van betekenis te blijven spelen, moeten er in de traditionele journalistiek harde keuzes worden gemaakt, wat naar mijn gevoel de laatste jaren te weinig werd gedaan. Ik som hier een aantal dilemma’s op, knopen die al een hele tijd wachten om te worden doorgehakt.

1. Personalisering of niet?

Velen, ook Pfauth, verwijten de traditionele krant dat er massa’s artikels in staan die jou als lezer niet interesseren. De ene vindt sport heel interessant, de andere wil weten wat er zoal gebeurt op economisch vlak. Maar alle lezers krijgen hetzelfde pakket in de maag gesplitst. Velen onder ons zouden het appreciëren als ze hun krant konden personaliseren, een krant op maat samenstellen. (Wat alleen digitaal kan, natuurlijk.) Tegenstanders vinden dan weer dat je daardoor als lezer veel mist wat je wél ontdekt door in een klassieke krant te bladeren.

2. Achter een paywall of niet?

Dan weer wel, dan weer niet: krantenuitgevers blinken niet bepaald uit in standvastigheid als het erop aan komt om geld te vragen voor het raadplegen van hun producten. De laatste tijd hebben paywalls duidelijk weer de wind in de zeilen. In Vlaanderen wordt zelfs gewerkt aan een soort toegangsticket waarmee je de publicaties van diverse uitgeverijen kunt opvragen. Maar schrikt zo’n financiële drempel geen nieuwe lezers af, is wat velen zich afvragen?

3. Op papier of digitaal?

Vlaamse krantenuitgevers blijven hardnekkig vasthouden aan hun papieren producten. “Compleet achterhaald”, beweren de voortrekkers van de digitale revolutie. “Economisch gezien het verstandigst”, luidt de verdediging. Voor advertenties in papieren publicaties krijg je nog altijd een veelvoud dan voor online reclame. Maar papieren publicaties kun je niet of nauwelijks personaliseren (zie hierboven), zijn veel duurder om te produceren en te verdelen, en ook niet zo milieuvriendelijk. Hoelang houdt papier nog stand? Place your bets…

4. De (spontane) inbreng van lezers publiceren of niet?

Pfauth is een groot voorstander van mengvormen, waarbij artikels van de redactie samengaan met de inbreng van lezers. In het lezerspubliek zitten vaak experts die zinnige aanvullingen kunnen geven op wat journalisten in hun artikels schrijven, luidt de achterliggende redenering. Een blik op de reacties onderaan de artikels op populaire krantensites zal bij de meesten onder ons het enthousiasme voor die vox pop snel temperen. Of valt daar een mouw aan te passen?

5. Multimediaal of niet?

Vroeger was het eenvoudig: voor een krant schreef je (als we even de fotografen en illustratoren buiten beschouwing laten, natuurlijk). Op papier zijn de mogelijkheden natuurlijk beperkt, maar als je dan toch digitaal produceert, kun je maar beter de mogelijkheden daarvan optimaal benutten, menen sommigen. Het resultaat: longreads die geïllustreerd worden met animaties, geluidsfragmenten, video’s, interactieve grafieken, enzovoort. Een krant zonder beeld of geluid: kan dat eigenlijk nog?

6. Voor een breed of een nichepubliek?

Vroeger moest je als tiener vaak wachten tot papa klaar was met de krant om ze te mogen lezen. (Het kruiswoordraadsel was doorgaans al half ingevuld, met overwegend verkeerde oplossingen, natuurlijk.) Ook nu nog mikken de meeste kranten en tijdschriften op een heel uiteenlopend lezerspubliek. Die spreidstand wordt echter steeds moeilijker.  Vooral jongeren haken in grote getale af. Moet je als publicatie blijven proberen om jonge lezers te winnen, of moet je op een gegeven moment zeggen: OK, als we alleen maar lezers van (minstens) middelbare leeftijd aantrekken, dan stemmen we daar onze inhoud ook op af.

7. Inspelen op de smaak van het (grote) publiek of koppig je buikgevoel volgen?

Het is alle hens aan dek: nu kranten en tijdschriften het zo moeilijk hebben, wordt volop hulp ingeschakeld om te zoeken naar methodes om te overleven. Die hulp komt van overal zo’n beetje: de eigen marketingafdeling, externe experts, lezerspanels, enzovoort. Vaak levert dat wel bruikbare adviezen op, maar tegelijk creëert die aanpak ook een probleem: iedereen doet stilaan hetzelfde. De eigenheid, vaak een verlengstuk van de persoonlijkheid van de hoofdredacteur, gaat verloren. Men durft steeds minder. Daardoor dreigt het gevaar op eenheidsworst, waardoor je ironisch genoeg meer lezers verliest dan je er wint door je product op de smaak van zoveel mogelijk mensen af te stemmen.

Heb ik nog knopen vergeten die moeten worden doorgehakt? Voeg ze dan gerust toe in de comments.